Klei is volgens de klei-kunstenaars van de landelijke kunstenaarsvereniging LKG de Ploegh van een Aardse Schoonheid. Deze gezamenlijk fascinatie voor dit oeroude en ogenschijnlijk ‘eenvoudige’ materiaal was voor hen de aanleiding om in het jubileumjaar van De Ploegh een expositie te organiseren waarin de veelzijdigheid van keramiek centraal staat. Iedere kunstenaar bewerkt de klei op zijn eigen manier en transformeert deze tot een uniek en bijzonder kunstwerk.
Jacqueline Bohlmeijer vereenzelvigt zich met de levende natuur, en verbeeldt de energie die haar drijft in speelse keramische sculpturen en organische vaasvormen. Barbara Bläsing wil de eenheid tussen mens, natuur en materie vormgeven. Natuurlijke materialen zoals schors en stukken hout vinden een plek in de keramische beelden. Dorette Gilling laat in haar werk de diversiteit en de contrasten in de natuur zien van woestheid tot verfijning, van soberheid tot kleur. De keramische landschappen van Janine Eshuis zijn geïnspireerd op de lege schoonheid en stilte met strak geploegde akkers, veranderende luchten, kleurrijke kwelders en grijstinten van het Wad.
Peter van den Akker ziet de mens als een universele gestalte, waarbij hij op transparante wijze tijdsbeelden en gelaagdheid in menselijke handelen naar voren brengt. Heleen van Nieuwland geeft vorm aan dromen, kracht, verlangen en kwetsbaarheid in beelden waarin o.a. de menselijke gestalte herkenbaar is, vaak gecombineerd met structuren uit de natuur. Jeannet Klement werkt figuratief en kleurrijk. Zij maakt momentopnames in klei, veelal van mensen, gebaseerd op indrukken en observaties van haar dagelijks leven. Deunieke kannen van Carolien Brusse hebben allemaal een eigen karakter alsof het individuen zijn. Allemaal verschillend van vorm maar onomstotelijk afkomstig uit dezelfde familie. Monique Sleegers wil in haar sculpturen de kwetsbaarheid van het menselijk lichaam laten zien. Delen van het lichaam arrangeert zij tot een nieuwe eenheid met een surreëel karakter.
De kastjes en dozen van Helmi Schellinger prikkelen de nieuwsgierigheid. Je vraagt je af wat er in zit, komt er iets uit, hoe gaan ze open en wat verandert er als ze open zijn? De inspiratiebron van Annemiek van Kollenburg is de architectuur. De beelden van deze kunstenaar zijn geometrisch van vorm, sober en verstild. Schaduw versus licht. De architectonische objecten van Lucia Fransen zijn monumentaal, sober en aards. Belangrijke elementen in haar werk zijn herhaling, ritme en textuur.
Deze drie elementen zijn ook terug te vinden in het werk van Rian Peeperkorn. Zij laat de klei in zijn pure schoonheid zien in haar kleine, verstillende installaties. Haar werk is abstract en minimalistisch wat betreft vorm en kleur.